Veel gestelde vragen (faq's)
1. Hoe oud moet mijn kind zijn als hij of zij wil beginnen met klarinetles?
Dit hangt meestal af van enkele lichamelijke ontwikkelingen van het kind:
De handen moeten groot genoeg zijn en de armen lang genoeg. De tanden moeten gewisseld zijn (boven minimaal de twee middelste tanden,
onder de vier of liefs de zes middelste), en de longen moeten genoeg ontwikeld zijn.
Meestal voldoet het kind hieraan als hij of zij ongeveer 9 jaar oud is, maar relatief grote of kleine kinderen wijken hiervan af.
Ik kan hierover tijdens een proefles binnen 5 minuten uitsluitsel geven.
Ook kan ik dan vertellen of klarinet iets is voor jouw kind.
2. Heeft het voordelen dat mijn kind al blokfluitles gevolgd heeft?
Ja, dat versnelt het leerproces de eerste weken en maanden aanzienlijk. De basistechniek om onderscheid te maken tussen tonen is hetzelfde bij blokfluit en klarinet, evenals het notenschrift. De leerling komt zo veel sneller aan leuke liedjes toe.
3. Moet mijn kind reeds enige kennis bezitten van muziek voordat hij of zij kan beginnen met klarinetles?
Nee, maar dat is wel gewenst, omdat het kind anders alles tegelijk zal moeten leren.
4. Moet mijn kind naast de klarinetles nog theorielessen volgen of leert hij of zij de theorie in de les?
In de les komt een groot deel van de benodigde theorie aan bod.
Het is niet noodzakelijk maar wel aan te raden om naast de les aanvullende theorielessen te volgen.
5. Hoe lang duurt een les?
Dit hangt van de gemaakte afspraken af. Meestal 20 of 30 minuten per les. Het is aan te raden om voor 30 minuten te kiezen.
20 minuten is erg kort om alles aan bod te laten komen in een les,
zeker als uw kind naast de klarinetles geen aanvullende theorieles volgt.
De reden dat veel muziekscholen over gegaan zijn op 20 minuten heeft te maken met (teruglopende) subsidie.
6. Hoelang of hoeveel moet mijn kind per dag of week oefenen?
In het begin moet dit op z'n minst 15 minuten per dag, 5 maal per week zijn, liefs meer. Later wordt het geleidelijk meer.
7. Kun je mij uitleggen wanneer ik welke rietmaat moet gebruiken? Ik zie in tabellen maten 1 t/m 4. Wanneer gebruik je 1, wanneer 2 enz.
De keuze van rieten is zeer persoonlijk. Ik speel zelf 2,5 of 3 maar ik heb in het verleden ook andere rietmaten gespeeld.
Enkele algemene eigenschappen van rietjes:
1 is zeer licht, 4 heel zwaar. De meeste mensen spelen op rieten tussen 2 en 3.
Beginners spelen in het algemeen 2 of 2,5 en gaan, naarmate ze langer spelen, steeds zwaarder spelen.
Speel je op een te licht riet, dan klinkt je toon dun en piep je snel.
Speel je op een te zwaar riet, heb je veel ruis in je toon en kun je je toon slecht controleren.
De keuze van je mondstuk heeft ook invloed op de keuze van je riet.
Variatie in je mondstuk kan o.a. zijn:
Lengte van de baan
Breedte van de baan
Tip opening (=afhankelijk van de kromming van de baan)
Materiaal van het mondstuk
Je kunt ook variƫren met je mondstand:
Doe je je mondstuk verder in je mond dan word je toon voller maar krijg je steeds minder controle over je toon.
Doe je je mondstuk minder ver in je mond dan word de toon steeds dunner maar krijg je wel steeds meer controle over je toon.
Houd bij het uitproberen van rietjes rekening met het weer. Rietjes reageren zelfs op weersveranderingen die wij mensen nauwelijks opmerken. Dit kan tot geval hebben dat een rietje vandaag heerlijk speelt en morgen onbespeelbaar is.
Dus:
Gewoon verschillende rieten uitproberen!